Appenzeller sennenhond: waakzame familiehond die van zich laat horen
15.05.2023 - Leestijd: 3 minuten
Zijn voorouders brachten het vee naar de bergweiden en bewaakten het daar. Zelfs vandaag de dag is de Appenzeller sennenhond een uitstekende waakhond die zijn gezin het liefst heel dicht bij elkaar houdt. Lange wandelingen en hondensporten zijn bij hem net zo geliefd als lekker worden gestreeld aan de sofa.
Hardwerkende werkhond uit de Alpen
De Appenzeller sennenhond is afkomstig van de Zwitserse sennenhonden. Deze robuuste boerderijhonden waren al in de middeleeuwen wijdverspreid in de bergen en valleien van Zwitserland: ze bewaakten het erf en verzamelden het vee. De Appenzeller sennenhond werd in 1853 voor het eerst officieel vermeld in het werk “Das Tierleben der Alpenwelt”. Hij werd in 1896 erkend als een onafhankelijk hondenras. In Duitsland werd de hond, ook bekend als Appezöller Bläss, geïntroduceerd door de oprichting van de Vereniging voor Zwitserse Sennenhonden in 1923 – maar tot op de dag van vandaag is hij niet echt bekend. Met slechts ongeveer 100 puppy’s per jaar hoort hij bij de zeldzame hondenrassen. Ter vergelijking: in 2018 werden in Duitsland meer dan 10.000 puppy’s van de Duitse herder geboren.
Karakter
De onverschrokken Appenzeller sennenhond is een echte beschermer. De alertheid en het beschermende instinct zitten in zijn genen. De relatie met zijn mensenfamilie en zijn verzorgers wordt gekenmerkt door hechte banden en absolute loyaliteit. Hij is een vrolijke en levendige speelkameraad voor kinderen. Maar wanneer vreemden zijn territorium naderen, reageert de moedige viervoeter achterdochtig en laat hij zijn heldere geblaf hardop klinken. Als het erop aankomt, verdedigt deze gezinshond zijn roedel met passie en kracht. Deze hond is leergierig, intelligent en zeer gehoorzaam als hij goed wordt getraind.
Opvoeding en het houden van de Appenzeller sennenhond
De Appenzeller sennenhond is geen hond voor de stad: idealiter woont hij op een groot terrein dat hij kan bewaken en waar hij vrij kan bewegen. Als hij niet als herder wordt gebruikt, heeft hij lange wandelingen en uitgebreide speeltijd nodig om zich helemaal uit te leven. Een geweldige manier om deze bundel energie uit te dagen, is door middel van hondensporten zoals Agility of Canicross. Door hun gehoorzaamheid, goedmoedigheid en intelligentie worden de viervoeters ook opgeleid tot beschermhond, lawinehond en geleidehond. De Appenzeller sennenhond heeft echter een consistente training nodig: naast het bezoeken van een hondenschool, is vroege socialisatie met andere mensen en honden gunstig voor het leven met dit ras.
Verzorging
De vachtverzorging van het korte haar is vrij eenvoudig: af en toe borstelen is voldoende.
Bijzonderheden van de Appenzell sennenhond
De rasstandaarden, die in 1913 nogal willekeurig werden vastgesteld, specificeren een driekleurenschema voor honden in bruin, wit en zwart. Om precies deze kleurencombinatie te krijgen, die aanvankelijk helemaal niet voorkwam, maakten fokkers zich decennialang schuldig aan inteelt. Dit leidde tot erfelijke ziekten zoals gewrichtsproblemen en cataract, evenals een kortere levensduur, die vandaag slechts ongeveer acht jaar is voor honden van dubieuze fokprogramma’s. Gezonde honden kunnen twaalf jaar oud worden.
Bij het zoeken naar een Appenzeller sennenhond is het daarom bijzonder belangrijk om zich tot een verantwoordelijke fokker te wenden die zich richt op de gezondheid van de honden en niet op hun uiterlijk. De adressen van gerenommeerde fokkers kun je opvragen bij de NVH (Nederlandse Vereniging van Hondenspecialisten)
De beste producten voor je Appenzeller sennenhond vind je bij ons!
ProfielAppenzeller sennenhond
Ras | Appenzeller sennenhond |
Oorsprong | Zwitserland |
Classificatie | Pinscher en schnauzer - molosser - Zwitserse sennenhonden en andere rassen |
Grootte | Reuen 52 tot 56 centimeter bij de schoft, teven 54 tot 54 centimeter bij de schoft |
Gewicht | 25 tot 32 kilogram
|
Anatomie | robuust, sterk, gespierd |
Ogen | klein, amandelvormig, licht tot donkerbruin van kleur |
Oren | driehoekige, hoog aangezette oren |
Vacht en kleur | dicht, kort, glanzend stokhaar, volle ondervacht; bruin, wit, zwart |
Kenmerken | heeft veel activiteit en lichaamsbeweging nodig, zeer gezinsgericht |
Karakter | waakzaam, onverschrokken, dol op kinderen, pittig, goedleers |
Gezondheid | heeft als gevolg van inteelt aanleg voor gewrichts- en oogproblemen, honden uit problematische fokprogramma’s hebben een korte levensverwachting van slechts acht jaar |
Verzorging | af en toe de vacht borstelen |