Puppyvoeding: hoe jij je hond vanaf het begin op de juiste manier voedt!

Speciaal puppyvoer dat de jonge hond tot een leeftijd van circa anderhalf jaar krijgt, is hiervoor ideaal. Het voer is speciaal afgestemd op de behoeften van opgroeiende honden.

Tot de derde week versterken puppy’s zich uitsluitend met hoogwaardige moedermelk, die alle belangrijke voedingsstoffen, vitamines en mineralen bevat. Daarna kan er ook wat puppyvoer of puppypap van hoge kwaliteit worden gegeven om in de verhoogde behoefte aan voedingsstoffen te voorzien. In de achtste tot tiende week worden de pups gespeend van de moedermelk en wordt er uitsluitend puppyvoer in de kom gedaan.

Serieuze fokkers verkopen de kleine honden pas nadat die van de moedermelk zijn gespeend en geven de nieuwe eigenaren voor de gewenningstijd een redelijke portie van het voor de puppy bekende puppyvoer mee.

Je moet je puppy tot ongeveer de zesde maand drie tot vier keer per dag voeren. Vervolgens is het voldoende om twee tot drie porties over de dag te verdelen, totdat de kleine vriend bijna volwassen is. Volgroeide honden kun je het beste één of twee maaltijden per dag geven. Elke hond kan natuurlijk verschillende voorkeuren en behoeften hebben. Hier is het belangrijk om je eigen hond goed te observeren en de ideale aanpak te ontwikkelen. Voor grote rassen moet je twee keer per dag voer blijven geven om de kans op overbelasting of verdraaiing van de maag te verminderen. Denk er ook aan om na elke maaltijd eerst een rustpauze in te lassen. Hoe groter het hondenras is, hoe langer de groeifase duurt. Maar ongeacht of het een groot of klein ras betreft: in deze fase heeft een puppy voldoende energie en de juiste voeding nodig om een gezonde, volwassen hond te worden. Daarvoor heeft hij een aangepaste soort voeding nodig.

Het kost puppy’s ongeveer een jaar om te groeien – en je moet die tijd niet verspillen aan voer van slechte kwaliteit of slecht puppyvoer. Puppy’s hebben vooral energie, mineralen en eiwitten nodig. Een overdosis kan echter schadelijk zijn. Te veel energie versnelt het groeiproces en belemmert de ontwikkeling van botten, banden, pezen en gewrichten. Deze worden vaak overbelast door de sterke gewichtstoename. Het goedbedoeld voeren van vitamines en voedingssupplementen is ook niet nodig en zelfs schadelijk als je puppyvoer van hoge kwaliteit geeft. Hoogwaardige producten bevatten alles wat je hond in de groeifase nodig heeft. Houd hier ook rekening mee bij de traktaties.

De meeste honden hebben al na vier maanden de helft van hun uiteindelijke gewicht bereikt en behouden dit groeitempo gedurende ten minste het eerste levensjaar. Bij grote rassen duurt dit groeitempo tot zelfs tot ze ongeveer 18 maanden oud zijn. Een Duitse dog bereikt zijn uiteindelijke gewicht pas als hij twee jaar oud is – en hij heeft deze tijd ook nodig. Een teveel aan voer en dus aan energie versnelt de groei en kan later leiden tot gewrichts- en botproblemen. Calcium is bijvoorbeeld erg belangrijk voor de botstructuur, maar hoogwaardig puppy- of jonge hondenvoer voor grote rassen bevat al voldoende hoeveelheden daarvan.

Veel eigenaars van grote rassen voeren meteen volwassen voer, omdat ze bang zijn dat de hoge energie-inhoud van het puppyvoer de groei van de grote pup te veel zou kunnen versnellen. Ze ontnemen de hond daarmee echter ook belangrijke andere componenten van het puppyvoer, die ook in een kleinere hoeveelheid in het voer voor volwassen honden zitten. Idealiter zouden grote rassen tot een jaar (zeer grote hondenrassen zelfs tot twee jaar) speciaal puppyvoer voor grote rassen moeten krijgen.

Soms is het voor puppy’s niet mogelijk om borstvoeding te krijgen. Misschien is de moeder overleden of gaat het om een ander noodgeval. Dan is het nodig om de pup met de hand groot te brengen. We raden ten zeerste af om zelf puppymelk te maken met twijfelachtige recepten. Een speciale puppymelk die alle essentiële voedingsstoffen bevat, is verkrijgbaar bij de dierenarts of bij speciaalzaken.

Omdat puppy’s groeien, hebben ze uitgebalanceerd puppyvoer van hoge kwaliteit nodig als basis voor een gezond hondenleven. De hoeveelheid moet gebaseerd zijn op de grootte en voedingsbehoeften in de groeifase.